Nieuws
Sergeysklokken luiden als eerbetoon
vrijdag 28 januari 2022
Als eerbetoon aan klokkengieter Jacques Sergeys, die vorige week op 88-jarige leeftijd overleed, zullen alle Sergeysklokken in en rondom Leuven op zaterdag 29 januari 2022 om 11u extra lang luiden. Ook de drie Vlierbeekse Sergeysklokken, die pronken in de toren van onze abdijkerk, omarmen graag dit warme initiatief. Onze innige deelneming gaat uit naar Sergeys’ echtgenote, familie en vrienden.
Telg uit een eeuwenoude klokkengietersdynastie
Jacques Sergeys werd geboren op 26 juli 1933 in Leuven en overleed afgelopen week, op 18 januari 2022. Hij was de laatste telg van een klokkengietersdynastie1 die tussen 1506 en 1980, voornamelijk in Leuven en Mechelen, talloze klokken en beiaarden goot. Vele torenklokken in Leuven – waaronder die in de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Vlierbeek – zijn dan ook gegoten door Jacques Sergeys, zijn vader of zijn grootvader. Het atelier van de familie Sergeys was gevestigd in de Vesaliusstraat in Leuven, waar Jacques actief was tot 1980. Hij was daarmee niet enkel de laatste klokkengieter van Leuven, maar zelfs van België. Het grootste deel van zijn werkplaats vond nadien onderdak in het museum Vleeshuis in Antwerpen. Jacques was ook medestichter van de Leuvense klokken- en beiaardkring Campanae Lovanienses en werd de dynamische penningmeester en archivaris van de vereniging.
De plechtige uitvaartliturgie zal plaatsvinden in de Sint-Jozefkerk te Leuven op zaterdag 29 januari 2022 om 10u. Na afloop van de eredienst zullen, op initiatief van Campanae Lovanienses, overal in Leuven2 de Sergeysklokken weerklinken als laatste groet aan de klokkengieter. Ook de Vlierbeekse Sergeysklokken zullen niet ontbreken op dit appel. Onze twee grote klokken “Norbertus” en “Margaretha” zullen samen met de kleine luidklok “Onze Lieve Vrouwe” hun mooiste klanken over Vlierbeek laten weergalmen.
Zou het geen droom zijn om het driegelui van de abdijkerk te verrijken met een sonore basklok die het klankbeeld rond de abdij rijker en gevarieerder zou maken? Het 900-jarig jubileum van de abdij in 2025 zou een prachtige aanleiding zijn om dit te realiseren.
Norbertus en Margaretha
Plechtig ingewijd in Vlierbeek op 11 oktober 1959, nemen Norbertus en Margaretha sindsdien de plaats in van twee klokken die door de Duitse bezetter op 24 en 25 september 1943 uit onze abdijkerk werden weggevoerd om nooit meer terug te keren.
Al in 1946 werd officieel erkend dat Vlierbeek in aanmerking kwam voor een vergoeding voor het verlies van deze klokken, maar het dossier sleepte eindeloos aan. Pas in 1959 werd aan de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Vlierbeek een bedrag van 65.480 Belgische frank als oorlogsschade toegewezen, waarmee twee nieuwe klokken konden aangekocht worden. De opdracht werd toegekend aan François Sergeys (°1896-†1982), vader van Jacques Sergeys.
De grootste klok weegt 556 kg en krijgt als naam Norbertus, naar de vader van de meter Sidonie Goyens-Coosemans. Peter is Felix Nollekens (°1873-†1961), toenmalig voorzitter van de Kerkfabriek O.L.V. Vlierbeek. Hun namen worden traditiegetrouw duidelijk vermeld op de klok. Daaronder, tussen twee dubbele sierringen, prijken druiventrossen – een typisch handelsmerk van de Leuvense gieter. Tenslotte kan je onder de afbeelding van een monstrans nog de woorden “Sanctus Sanctus Sanctus” lezen.
De tweede klok weegt 404 kg en draagt de naam Margaretha, “ter nagedachtenis van één van de grootste weldoensters van de Kerk, Marguerite Uytttebroeck-Merckx (°1886-†1958)”, zo staat te lezen in het verslag van de Vlierbeekse Kerkraad van 4 oktober 1959. Een postuum eerbetoon want Marguerite overlijdt vijftien maanden voor de wijding van de klok. Schoondochter Yvonne Uyttebroeck-Jacques neemt haar taak van meter graag verder op zich. Peter is André Smeyers (°1898 – †1979), die er zijn levenswerk van gemaakt heeft het verleden van de abdij weer tot leven te brengen in talrijke publicaties en tevens oprichter was van onze Heemkundige Kring Vlierbeek. Ook op deze Sergeysklok werd bovenaan een druiventrosversiering gesmeed. Op de voorzijde vind je een klein kruisbeeld en op de achterzijde een afbeelding van de zittende Lieve-Vrouw van Vlierbeek zoals die in de zeventiende eeuw ontworpen werd en het wapen van de (deel)gemeente Kessel-Lo siert. Onder de afbeelding is de bede “Lief Vrouwke van Vlierbeek bescherm ons” weergegeven. Zo dringt de voor Vlierbeek kenmerkende intense verering van Onze-Lieve-Vrouw door tot in de klokkentoren van de abdij.
De klokken werden feestelijk gewijd door Monseigneur Cruysberghs (°1891-†1976) in een kort lof met Te Deum op 11 oktober 1959. In een nota beschrijft André Smeyers kort het verloop van de plechtigheid: “De klokken werden gewassen en gezalfd met de Heilige Olie van de zieken en het Heilig Chrisma. Een wierookvat met wierook en mirre werd onder de klok geplaatst. Aan het einde van de plechtigheid maakte Monseigneur een groot kruis over de klokken, waarna hij ze liet klinken. Daarop mochten de peters en de meters ook de zinderende klanken laten horen.”
Onze Lieve Vrouwe
De geschiedenis van onze derde Sergeysklok is dan weer een verhaal apart. Als kleinste van de Vlierbeekse klokken, luidt ze sinds 1958 dagelijks het uur in onze parochie en is daarmee nipt de oudste klok in de abdijtoren.
Ze liet zich onder meer voorafgaan door een klok uit 1772 van de hand van Andreas Jozef Vanden Gheyn (°1727-†1793), een verre voorvader van Jacques Sergeys. Meer dan honderd jaar lang was deze Vanden Gheynklok de enige klok in onze abdijtoren, tot ze in 1908 het gezelschap kreeg van twee grote nieuwe klokken uit de gieterij van Omer Michaux (°1877-†1956).3
In 1939 was de kleine klok dringend toe aan herstelling. Maar volgens een verslag van de Kerkraad van 7 april 1940 stond ze nadien nog steeds “in ondragelijke disharmonie tot de andere klokken”. Hier klinkt ongetwijfeld de stem van toenmalig pastoor Karel Eeckelaars (°1891-†1941), oud-student van het Lemmensinstituut en altijd heel aandachtig voor de kwaliteit van de kerkmuziek. De klok werd daarom in 1940 opnieuw gegoten door Felix Van Aerschodt (°1769-†1831), waarbij het gewicht werd verhoogd van 244 naar 345 kg.
Zoals overal waar meerdere klokken zijn, overleeft ook hier de kleinste klok de Duitse plunderingen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Meer dan een decennium lang, neemt ze plichtsbewust de rol van enige luidklok op zich. In de vroege ochtend van 17 maart 1953 slaat echter het noodlot toe: de toren van de Onze-Lieve-Vrouwekerk staat in brand en de klok stort neer om zich vervolgens door de vloer van de sacristie tot in de onderliggende crypte te boren. Wanneer de Chirojongens de klok opgraven lijkt ze ongeschonden. De klok is inderdaad nog heel, maar niet gaaf: bij nazicht blijkt ze immers een barst te vertonen en finaal dringt herstelling zich toch op. Gedurende enkele jaren wordt de kleine Van Aerschodtklok in de pastorijtuin opgesteld, waar ze handmatig wordt geluid. Naar haar vertrouwde plek in de abdijtoren zal ze niet meer terugkeren.
Immers toenmalig pastoor Gustaaf Wuyts (°1895-†1961) en François Sergeys lijken tot een akkoord te zijn gekomen de klok niet te herstellen, maar opnieuw te gieten. In het verslag van de Vlierbeekse Kerkraad van 6 juli 1958 wordt discreet genoteerd: “De klok die uit de brand is gered en die al bijna zes jaar in open lucht hangt, is reeds vervangen door een nieuwe van hetzelfde gewicht.” In onze archieven vinden we geen spoor van een viering met klokkenwijding, geen peter en meter. Mogen we aannemen dat pastoor Wuyts wel privatim de wijwaterkwast zal hebben gehanteerd? Ze zal hoe dan ook niet zonder gebeden tot stand gekomen zijn. Tot op het laatst werden in de klokkengieterij Sergeys althans oude rituelen gehandhaafd. Aan het begin van het gietproces kwam een aalmoezenier het metaal zegenen. En bij de start van de gieting knielden alle aanwezigen voor een stil, persoonlijk gebed. Het waren zonder twijfel gebruiken die tot ver in de tijd teruggingen.
Deze kleine Sergeysklok van 307 kg – in 1958 uit het brons van de oude klok hergoten – kreeg geen officiële naam, maar wordt wel Onze Lieve Vrouwe of Maria genoemd. Tussen twee sierringen staat te lezen: “Vanden Gheyn goot mij in 1772. Fr. Sergeys hergoot mij te Leuven in 1958 tijdens het pastoraat van de Eerwaarde Heer. G. Wuyts”. Onder deze tekst bevindt zich als versiering een motief van twee gestileerde bladeren, dat zich telkens op een zekere afstand herhaalt. Dit motief is eigen aan de François Sergeysklokken uit die periode. Ook noemenswaardig is de afbeelding van een staande Lieve-Vrouw met het Kind Jezus, die geïnspireerd lijkt door het Mariabeeld dat sinds het begin van de zeventiende eeuw in Vlierbeek vereerd werd, de Franse revolutie overleefde, in twee oorlogen toevlucht bood in nood, tot het in 2004 uit de abdijkerk gestolen werd. In het midden draagt de klok nog het mooie, toepasselijke opschrift dat alludeert op het feit dat ze driemaal daags het Angelus aankondigt, in vertaling: ''Dat het galme door de wolken, weerklinke in de harten, de Engel des Heeren”.
1. Jacques Sergeys stamde af van een klokkengietersdynastie die gedurende vele eeuwen het lovenswaardige ambacht op haar naam schreef. Hij was immers een afstammeling van Willem van den Ghein afkomstig uit Goorle, een Brabantse gemeente in de meierij van ’s Hertogenbosch, die al in 1506 klokken in de stad Mechelen goot. De klokkengietkunst werd binnen de familie Vanden Ghein doorgegeven van vader op zoon. De laatste die te Mechelen dit ambacht uitoefende stierf in 1697. Peter Vanden Gheyn, broer van de laatste vertegenwoordiger van de Mechelse tak, week uit naar Sint-Truiden en vervolgens naar Tienen. Zijn zoon Andreas Frans Vanden Gheyn (°1696-†1731) werd in 1725 door het Leuvense stadsbestuur ontboden en mocht een bestelling van een beiaard met 40 klokken in zijn orderboek noteren. Vanaf dat ogenblik werd Leuven de stad der Vanden Gheyns. Achterkleindochter Anne Maximilienne Vanden Gheyn (°1792-†1875) – dochter van Andreas Lodewijk (°1758-†1833) en kleindochter van Andreas Jozef (°1727-†1793) – trad in het huwelijk met Thomas Van Aerschodt (°1769-†1831), die het atelier Vanden Gheyn overnam en de stamvader werd van een nieuw geslacht klokkengieters te Leuven. Hij was de grootvader van de befaamde klokkengieter Felix Van Aerschodt (°1870-†1943), die de abdijkerk van Vlierbeek onder zijn trouwe klanten mocht rekenen. De lijn werd nu verder doorgetrokken door de familie Sergeys, die een eigen gieterij opstartte, maar wel de familiebanden verderzette. Door het huwelijk van dochter Reine-Barbe Van Aerschodt (1827-1912) met Pierre Sergeys (°1827-†1912), werd het gietersgeslacht Sergeys ingeluid. Constant-Dominique Sergeys (°1855-†1935) volgde zijn vader op in het bedrijf vanaf 1914 en werkte later samen met zijn zoon François-Fernand Sergeys (°1896-†1982). In 1970 nam tenslotte diens zoon, Jacques Sergeys (°1933-†2022), de leiding van de werkzaamheden over.
2. Niet enkel in de toren van de abdijkerk van Vlierbeek geven Sergeysklokken dagelijks het uur aan of zingen ze bij alle menselijke vreugde en leed. Ook onder meer Abdij van Park, de Sint-Geertruikerk, de Sint-Pieterskerk, de Sint-Jacobskerk, de Sint-Agathakerk (Aarschotsesteenweg), de Sint-Franciscuskerk (Tiensesteenweg), het Onbevlekt Hart van Maria (Terbank Tervuursesteenweg) zijn de trotse eigenaars van klokken afkomstig uit het atelier van de familie Sergeys. Allen zullen ze zaterdag weerklinken als laatste groet en Jacques Sergeys uitgeleide doen op het einde van zijn begrafenisdienst.
3. De energieke pastoor Pieter Clerinckx (°1854-†1936) wist in 1908 de nodige fondsen te verzamelen voor de aankoop van twee grote klokken. Vader en zoon Elleboudt, industriëlen uit Sint-Joost-ten-Node, schonken onze parochie een klok van 584 kg. Deze grote klok werd op 10 oktober 1908 door kardinaal Mercier (°1851-†1926) gewijd onder de naam van de zoon Victor, die peter werd. Een nog grotere klok van 686 kg werd gesponsord door vrienden, eveneens vooral uit Brussel. Ook kanunnik Désiré François Nollekens (°1843-†1914), afkomstig uit Vlierbeek, blijkt in alle stilte een forse duit in het zakje te hebben gedaan. Hij werd peter en de klok werd naar hem genoemd: Desideratus. Ook deze klok werd door kardinaal Mercier op 10 oktober 1908 gewijd. Dertig jaar later, op 30 augustus 1938 om precies te zijn, barst de klok echter tijdens het luiden. Ze werd in 1939 opnieuw gegoten door Felix Van Aerschodt (°1870-†1943) (waarbij haar gewicht gereduceerd werd tot 610 kg) en was dus nog gloednieuw toen de Duitsers haar buit maakten.
Tekst: ©Heemkundige Kring Vlierbeek vzw in samenwerking met Luc Rombouts.
Foto 1: Portret van Jacques Sergeys. ©Vlaamse Beiaard Vereniging.
Foto 2: De Norbertus (rechts) en de Onze Lieve Vrouwe (links), al meer dan zestig jaar zingen ze bij alle menselijke vreugde en leed in de toren van de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Vlierbeek. ©Heemkundige Kring Vlierbeek vzw.
Foto 3: Detail van de Margaretha met bovenaan de gesmeede druiventrosversiering en in het midden de afbeelding van het kruisbeeld. ©Heemkundige Kring Vlierbeek vzw.
Omdat je een geschiedkundig onderzoek nooit alleen voert, geven we hier graag de lijst van onze gebruikte bronnen weer.